Kun je een gevoel van nabijheid of intimiteit creëren bij een volslagen vreemde? Psychologisch onderzoek zegt: ja, dat kan.
Bijna 20 jaar geleden voerde een team van psychologische onderzoekers onder leiding van Arthur Aron (1997) een experiment uit dat aantoonde dat je een gevoel van nabijheid of intimiteit met een andere persoon kunt creëren door eenvoudigweg samen een reeks van 36 vragen te stellen en te beantwoorden.
Maar was de nabijheid die in de experimentele conditie werd geproduceerd hetzelfde als de echte nabijheid die we voelen bij partners en vrienden die al lang bij ons zijn?
De onderzoekers zeggen dit over de vraag of zij al dan niet “echte nabijheid” produceerden:
We denken dat de nabijheid die in deze studies werd geproduceerd in veel belangrijke opzichten wordt ervaren als vergelijkbaar met gevoelde nabijheid in natuurlijk voorkomende relaties die zich in de loop van de tijd ontwikkelen.
Aan de andere kant lijkt het onwaarschijnlijk dat de procedures loyaliteit, afhankelijkheid, betrokkenheid, of andere relatieaspecten produceren die er langer over zouden doen om zich te ontwikkelen. Deze procedure is als andere experimentele paradigma’s… zij is nuttig als een middel om een gelijksoortige, hoewel niet geheel identieke toestand te scheppen.
Met andere woorden, voor een laboratoriumsetting produceerde zij iets dat verwant is aan de werkelijke nabijheid die wij voelen in onze alledaagse relaties. Maar deze nabijheid is niet hetzelfde als nabijheid of intimiteit die wordt verkregen door tijd en gedeelde ervaringen alleen – het mist belangrijke componenten van wat typisch nabijheid of intimiteit in een relatie definiëren.
De 36 Nabijheidsvragen
Instructies: Lees elke vraag om beurten hardop aan elkaar voor, waarbij beide personen de gestelde vraag beantwoorden. In het oorspronkelijke experiment werd de proefpersonen gevraagd om slechts 15 minuten te besteden aan elke set vragen, maar u kunt zo veel of zo weinig tijd besteden als u wilt.
De vragen vragen roepen op tot zelfonthulling en ander intimiteit-geassocieerd gedrag – ze zijn ontworpen om uw intimiteit met de andere persoon te vergroten. De intensiteit van de vragen neemt geleidelijk toe, zowel binnen sets van vragen als over de drie sets. ((Een vorig jaar gepubliceerd artikel in de New York Times over dit onderzoek suggereerde dat in elkaars ogen staren aan het eind van de vragen deel uitmaakte van het oorspronkelijke experiment – dat was niet zo en er is geen onderzoeksbasis voor.))
Set I
1. Als u de keuze had uit wie dan ook ter wereld, wie zou u dan als dinergast willen hebben?
2. Zou u beroemd willen zijn? Op welke manier?
3. Oefent u wel eens wat u gaat zeggen voordat u een telefoontje pleegt? Waarom?
4. Wat zou voor u een “perfecte” dag zijn?
5. Wanneer heeft u voor het laatst voor uzelf gezongen? Voor iemand anders?
6. Als u 90 jaar zou kunnen worden en de laatste 60 jaar van uw leven de geest of het lichaam van een 30-jarige zou kunnen behouden, wat zou u dan willen?
7. Heeft u een geheim voorgevoel over hoe u zult sterven?
8. Noem drie dingen die u en uw partner gemeen lijken te hebben.
9. Waarvoor in uw leven bent u het meest dankbaar?
10. Als u iets zou kunnen veranderen aan uw manier van opvoeden, wat zou dat dan zijn? Neem vier minuten de tijd en vertel uw partner uw levensverhaal zo gedetailleerd mogelijk.
12. Als u morgen wakker kon worden met één eigenschap of vaardigheid, wat zou dat dan zijn?
Set II
13. Als een kristallen bol u de waarheid kon vertellen over uzelf, uw leven, de toekomst of iets anders, wat zou u dan willen weten?
14. Is er iets waar je al heel lang van droomt om te doen? Waarom heb je het nog niet gedaan?
15. Wat is de grootste prestatie van je leven?
16. Wat waardeert u het meest in een vriendschap?
17. Wat is uw dierbaarste herinnering?
18. Wat is je vreselijkste herinnering?
19. Als u wist dat u over een jaar plotseling zou sterven, zou u dan iets veranderen aan de manier waarop u nu leeft? Waarom?
20. Wat betekent vriendschap voor u?
21. Welke rol spelen liefde en genegenheid in uw leven?
22. Deel afwisselend iets dat u als een positieve eigenschap van uw partner beschouwt. Deel in totaal vijf items.
23. Hoe hecht en warm is uw familie? Hebt u het gevoel dat uw jeugd gelukkiger was dan die van de meeste anderen?
24. Wat vindt u van uw relatie met uw moeder?
Set III
25. Maak elk drie ware “wij”-uitspraken. Bijvoorbeeld: “We zijn allebei in deze kamer en voelen ons …”
26. Maak deze zin af: “Ik wou dat ik iemand had met wie ik kon delen … “
27. Als u een goede vriend zou worden met uw partner, deel dan wat voor hem of haar belangrijk zou zijn om te weten.
28. Vertel uw partner wat u leuk vindt aan hem of haar; wees deze keer heel eerlijk en zeg dingen die u misschien niet zou zeggen tegen iemand die u net hebt ontmoet.
29. Deel met uw partner een gênant moment in uw leven.
30. Wanneer heb je voor het laatst gehuild in het bijzijn van iemand anders? In je eentje?
31. Vertel uw partner iets dat u al leuk vindt aan hem of haar.
32. Wat is te ernstig om grapjes over te maken?
33. Als u vanavond zou sterven zonder met iemand te hebben kunnen communiceren, wat zou u dan het meest betreuren dat u het niet aan iemand hebt verteld? Waarom heeft u het die persoon nog niet verteld?
34. Uw huis, met daarin alles wat u bezit, vliegt in brand. Nadat u uw dierbaren en huisdieren hebt gered, hebt u nog tijd om een laatste sprintje te trekken om één voorwerp te redden. Wat zou het zijn? Waarom?
35. Van alle mensen in uw familie, wiens dood zou u het meest verontrustend vinden? Waarom?
36. Deel een persoonlijk probleem en vraag uw partner om advies over hoe hij of zij ermee om zou kunnen gaan. Vraag uw partner ook om aan u terug te koppelen hoe u zich lijkt te voelen over het probleem dat u hebt gekozen.