De kleur “groen” is geassocieerd met radioactiviteit vanwege de publieke associaties met radium, dat vaak werd ervaren als een groen-gele gloed, vooral als radioluminescente verf. Dus groen = radioactief is een culturele associatie sinds de jaren 1910 of zo (zelfs wanneer in veel contexten blauw = radioactief een meer verstandige associatie zou zijn, terzijde).
Aparte vermelding verdient dat uraniumerts er in veel verschillende verschijningsvormen is, afhankelijk van hoeveel uranium er in zit, en hoeveel andere dingen er in het erts zitten. Laagwaardige ertsen zoals die uit het zuidwesten van de Verenigde Staten, die men vaak ziet in afbeeldingen van ertsen, zijn stoffig geel. Soms wordt uranium ook zo afgebeeld in de populaire cultuur, vooral in materiaal van de Amerikaanse “uranium boom” van de jaren 1950 (toen de Amerikaanse regering een kunstmatig hoge prijs voor uranium vaststelde om de prospectie aan te moedigen). Ik denk zelf dat dit niet ver van “groen” afstaat, maar ieder zijn meug. “Yellowcake”, het afgescheiden uraniumoxide, is geel, hoewel er ook andere afgescheiden vormen bestaan in verschillende kleuren (b.v. “groen zout”, uraniumtetrafluoride).
Hoogwaardig uraniumerts, zoals dat uit Congo komt, kan inderdaad groen zijn – heel erg groen. Nogmaals, de kleur hangt sterk af van het uraniumgehalte en de andere mineralen. Uranium verwerkt tot glas (zoals populair was in de jaren 1920) is weer bleek geelgroen, en onder blacklight heldergroen.
(Uraniummetaal is absoluut niet groen.)
Hoe dan ook. De lange en korte versie ervan is: soms is het behoorlijk groen, hoewel de populaire voorstellingen van “radioactief = groen” afstammen van associaties met radium, niet uranium.
Over nucleaire beeldvorming in het algemeen is Spencer Weart’s The Rise of Nuclear Fear bijzonder goed, en volgt de publieke associaties met radioactiviteit door de decennia heen, zowel voor als na de atoombom.