Daniel Burnham wordt beschouwd als een van de grootste Amerikaanse architecten, een vader van de wolkenkrabber en een van de meest invloedrijke geesten achter de architectuur van het begin van de 20e eeuw. Aan hem wordt toegeschreven dat hij drie gebouwen in Detroit heeft ontworpen.
Burnham wordt ook gezien als de visionair achter Chicago (hij was medeauteur van het Chicago Plan van 1909, waarin de plannen voor de toekomst van de stad werden uiteengezet), een van de grondleggers van de Chicago School of Architecture, en hij veranderde de manier waarop Amerika steden bouwde met zijn werk als coördinerend hoofdarchitect van de Wereldtentoonstelling van Columbia in 1893. Zijn werk was revolutionair, vooral voor de Verenigde Staten. Hij inspireerde Amerika om groot te worden, snel te groeien en groot te worden. Hij zei ooit: “Maak geen kleine plannen; ze hebben geen magie om het bloed van mensen te beroeren.”
Zijn architectencarrière begon in 1872, toen architect Peter Wright hem inhuurde als tekenaar. Toen hij bij Carter, Drake en Wright werkte, ontmoette hij de artistieke John Wellborn Root Sr., en de twee mannen zouden uiteindelijk hun eigen firma oprichten. De mannen zouden enkele van Chicago’s meest unieke gebouwen van het einde van de 19e eeuw ontwerpen, waaronder het 10 verdiepingen tellende Montauk Building; het monument uit 1882 wordt beschouwd als het eerste bouwwerk ter wereld dat bekend staat als wolkenkrabber. Het werd in 1902 gesloopt. Detroit kreeg zijn eerste wolkenkrabber, het Hammond Building, pas in 1890.
Burnham was een toegewijd aanhanger van het klassieke ontwerp. Bij de aanleg van de zogenaamde Witte Stad voor de Wereldtentoonstelling ontwierp Burnham een metropool van architectuur in klassieke en Beaux Arts-stijl. Frank Lloyd Wright, die vaak kritiek had op Burnhams gebruik van klassieke ornamenten, prees hem als “een groot man” die “meesterlijk gebruik maakte van de methoden en mensen van zijn tijd”. Zijn bekendste werken zijn misschien wel het Flatiron Building (1902) in New York en het Union Station (1907) in Washington. Dit laatste is een van de beste voorbeelden van Beaux Arts architectuur in de Verenigde Staten en van Burnhams voorliefde voor witte bouwwerken in klassieke stijl.
Maar Burnhams nalatenschap wordt bezoedeld door vragen over hoeveel hij eigenlijk zelf heeft gedaan, en hij wordt vaak achtergesteld bij zijn Amerikaanse collega-architectuurmeester Louis Sullivan. Alan G. Artner, kunstcriticus bij de Chicago Tribune, schreef: “Wat heeft hij alleen gegeven aan de gebouwen die door D.H. Burnham and Co. zijn gemaakt? Het is moeilijk te zeggen, zo moeilijk zelfs, dat sommigen hem overschat vinden als architect en meer als organisator die aan het hoofd stond van een succesvol prototype van een groot bedrijf. Toch is Burnham een legendarische figuur.”
Burnham en de Wereldtentoonstelling komen prominent voor in de bestseller “The Devil in the White City.”