Fluoride is het dertiende meest voorkomende element in de aardkorst en is aanwezig in vrijwel alle wateren. Het fluoridegehalte in drinkwater ligt echter meestal onder het therapeutische niveau dat nodig is voor een goede mondgezondheid. Fluoridering, het toevoegen van fluoride aan de openbare watervoorziening, is verantwoordelijk voor een opmerkelijke vermindering van gaatjes en tanduitval en is door de CDC uitgeroepen tot een van de 10 grote successen van de twintigste eeuw op het gebied van de volksgezondheid. Het belang van fluoride werd oorspronkelijk aangetoond door een reeks studies waarin het verschil in mondgezondheid werd vergeleken tussen gemeenschappen die gebruik maakten van grondwater met van nature hoge fluoridegehaltes en de typische tekorten aan fluoride die in de meeste oppervlaktewatervoorzieningen worden waargenomen 1,2. Een kort overzicht van dit onderzoek is opgenomen in CDC’s Realvements in Public Health, 1900-1999: Fluoridation of Drinking Water to Prevent Dental Caries 3.
Waterfluoridering houdt in dat het fluoridegehalte in het drinkwater op een optimaal niveau wordt gebracht. De United States Public Health Service beveelt een concentratie aan van 0,7 tot 1,2 mg/L of delen per miljoen (ppm). De waarde van fluoride is bewezen voor alle mensen van alle leeftijden, en het gebruik van fluoride in de tandheelkundige zorg is nu een geaccepteerde praktijk. In de Verenigde Staten gebruikt ongeveer 72,4% van de bevolking met een openbare watervoorziening gefluorideerd water.
Voor meer informatie kunt u terecht op CDC’s Community Water Fluoridation page.
- Dean HT. Endemic fluorosis and its relation to dental caries. Public Health Rep 1938;53:1443-52.
- Dean HT. Over de epidemiologie van fluor en tandcariës. In: Gies WJ, ed. Fluor in dental public health. New York, New York: New York Institute of Clinical Oral Pathology, 1945:19-30.
- CDC. Achievements in Public Health, 1900-1999: Fluoridering van drinkwater ter voorkoming van tandcariës. MMWR Morb Mortal Wkly Rep. 1999;48(41):933-940.