De oude Romeinen hadden een zwak voor de kleurstof en noemden het purpura. Het was echter zo duur dat de oude geschiedschrijver Theopompus meldde dat het letterlijk zijn gewicht in zilver waard was. Als gevolg daarvan konden alleen de bevoorrechten, van rijke senatoren tot tirannieke despoten, zich paarse kleding veroorloven.
Purper bleef de kleur van koningen, zelfs tot in de Middeleeuwen. Kledingmakers vonden nieuwe bronnen voor de kleurstof, en produceerden een blauwrode kleur die dichter bij het paars staat dat we vandaag de dag kennen.
De Oud-Engelse oorsprong van het woord Purple
De Angelsaksen, die Oud-Engels spraken, noemden de kleurstof purpul. De eerste schriftelijke vermelding van dit woord in het Oud-Engels is te vinden in een verlucht evangeliehandschrift dat dateert uit het einde van de 7e of het begin van de 8e eeuw. Pas aan het begin van de 14e eeuw begonnen Engelstaligen het woord purple te gebruiken om niet alleen de kleurstof maar ook de kleur aan te duiden.
Gelukkig maakt de moderne technologie het gemakkelijk om paars te reproduceren. Dat betekent dat je het kunt gebruiken om je een koning of koningin te voelen, zonder dat je je spaarvarken hoeft open te breken.