Ontdekking van Bacteriën

Van Leeuwenhoek ontdekte “protozoa” – de eencellige organismen en hij noemde ze “animalculen”. Hij verbeterde ook de microscoop en legde de basis voor de microbiologie. Hij wordt vaak genoemd als de eerste microbioloog die spiervezels, bacteriën, spermatozoa en de bloedstroom in haarvaten bestudeerde.

Hoewel hij niet veel opleiding of wetenschappelijke achtergrond had, trotseerde hij alle kansen om als een groot wetenschapper te worden beschouwd door zijn bekwame observaties, inzicht en ongeëvenaarde nieuwsgierigheid. Hij veroorzaakte een revolutie in de biologische wetenschap door het microscopische leven aan de wereld bloot te stellen.

Het leven van Antonius van Leeuwenhoek

In 1632 werd Leeuwenhoek op 24 oktober in Delft, Nederland, geboren. Zijn vader was mandenmaker en stierf in zijn vroege jeugd.

Leeuwenhoek genoot niet veel onderwijs en leerde geen taal voordat hij zich met de handel ging bezighouden. Toen hij 16 jaar oud was, werkte hij als boekhouder in een linnenslijperij in Amsterdam. Zes jaar later, in 1654, keerde hij terug naar Delft om zijn eigen manufacturenzaak op te zetten en te trouwen.

In 1660 was hij onderofficier van de stad en daarna werkte hij ook als wijnkeurder (meter) en landmeter. Hij hertrouwde in 1671 na de dood van zijn eerste vrouw.

Leeuwenhoek’s Inleiding tot de Microscoop

Textielhandelaren gebruikten op grote schaal kleine lenzen voor lakeninspectie en Leeuwenhoek schafte in 1653 zijn eigen vergrootglas aan voor handelsdoeleinden. Dit was zijn kennismaking met de microscoop.

Met het verstrijken van de tijd raakte hij zeer geïnteresseerd in glasbewerking en het slijpen van lenzen. Hij werd ook geïnspireerd door de microscopische waarnemingen van Robert Hooke in diens boek Micrographia.

Hij bouwde een eenvoudige microscoop in 1671 en begon met het observeren van verschillende stoffen. Hij experimenteerde om het aantal micro-organismen in water te berekenen en onderzocht andere voorwerpen zoals huid, haar en bloed. Hij bestudeerde ook de fysieke structuur van ivoor en ontdekte parasieten in vlooien met behulp van krachtigere microscopen.

Antony Leeuwenhoek had een van nature begaafd gezichtsvermogen dat op passende wijze tegemoet kwam aan zijn vaardigheden en passie voor het slijpen van lenzen. Met zijn superieure technieken om licht bij te stellen, was hij in staat microscopen te maken die meer dan 200 keer konden vergroten en volgens sommigen had hij zelfs microscopen die tot 500 keer vergrootten.

Acknowledgement By the Royal Society of London

Leeuwenhoek hield niet van het schrijven van boeken, maar hij communiceerde met de Royal Society of London door middel van brieven. Hij zond aan de Royal Society zijn verschillende geregistreerde microscopische waarnemingen. In 1673 werden zijn waarnemingen over bijensteken gepubliceerd in het tijdschrift van de Royal Society. Hij verwierf spoedig een goede reputatie bij de Royal Society door zijn diepgaande analyses en zorgvuldige waarnemingen.

In 1676 echter werd zijn geloofwaardigheid door de Royal Society in twijfel getrokken toen hij in zijn correspondentie beweerde microscopische eencellige organismen te hebben ontdekt. Aanvankelijk bleef de Royal Society sceptisch tegenover Leeuwenhoek’s bevindingen, maar daarna overtuigde hij de Royal Society om zijn resultaten te bevestigen. Het team van de Royal Society testte en keurde zijn waarnemingen grondig goed. Leeuwenhoek werd in 1680 door de Royal Society tot lid benoemd.

Ontdekking van Bacteriën en Andere Prestaties

Antony Leeuwenhoek was de eerste persoon die bacteriën zag. Aan het eind van de jaren 1670 stuurde hij uitgebreide gegevens en gedetailleerde tekeningen van zijn waarnemingen van bacteriën en algen naar de Royal Society in Londen. Gedurende zijn hele leven bleef Leeuwenhoek toegewijd aan het wetenschappelijk onderzoek en deed hij verschillende belangrijke ontdekkingen.

Hieronder volgt een kort overzicht van zijn belangrijkste ontdekkingen.

1674

De Infusoria – (Protist klasse in de moderne Zoölogie)

1676

De Bacteriën (Genus Selenomonas -. halvemaanvormige bacteriën uit de menselijke mond)

1677

De Spermatozoa

1682

Het bandjespatroon van spiervezels

1687

Onderzoek naar de koffiebonen

Carrière

Grondde meer dan 500 lenzen

Carrière

Creëerde meer dan 400 verschillende soorten microscopen

Hij stierf op de leeftijd van 90 jaar op 26 augustus, 1723 in zijn geboortestad Delft.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.