Honkbal aanleren aan jonge kinderen vergt veel geduld. Wanneer jongeren beginnen te spelen het spel, uw doel is niet om hen te veranderen in grote balspelers. Het enige wat je moet willen doen is ze een paar vaardigheden van het spel bijbrengen en ze helpen plezier te hebben.
Alligator Drill
Jongeren moeten proberen elke bal met twee handen te vangen. Dat geldt ook voor grondballen. Leer de jongeren om voor elke grondbal te gaan staan en hun handschoen op de grond te leggen met de palm naar boven. Als de bal in de handschoen terechtkomt, moeten ze de bal samenknijpen en hun andere hand erop leggen om de bal in de handschoen te houden. De blote hand is als de kaak van een alligator die naar beneden komt als hij bijt. Vertel de jongeren niet te vergeten te “chomp” wanneer zij een grondbal vangen.
Batting Tee
Iedereen wil de honkbal slaan. Wanneer je 5- en 6-jarigen leert hoe ze moeten slaan, wil je dat ze een vlakke swing ontwikkelen en hun ogen op de bal houden. De batting tee zal hen helpen dit te doen. Leg de bal op de tee op riemhoogte. Laat de slagman vlak achter de bal staan, zodat hij met een vlakke zwaai in de bal kan stappen. Aangezien de bal stil ligt, zal de speler de bal raken zolang hij zich concentreert op het achterste en middelste gedeelte van de bal. Laat elke speler vijf zwaaien maken.
Baserunning Relay
In deze oefening kunt u de spelers leren de honken op de juiste manier te besturen en er plezier in te hebben. Zet de helft van je team op de thuisplaat en de andere helft op het tweede honk. Geef de eerste speler in elke lijn een honkbal. Op uw teken sprinten de spelers rond de honken. Elke speler moet alle honken raken en dan de bal aan de volgende speler in de rij geven. De groep die het snelst klaar is met elke speler op elk honk wint de oefening.
Knockout Drill
In deze oefening krijgt elke speler een kans om voor de eerste keer te werpen. Hoewel 5- en 6-jarigen meestal niet in wedstrijden zullen werpen — de coaches doen het werpen — moeten de jonge spelers leren hoe ze moeten werpen voor toekomstige seizoenen. Plaats een heuvel op ongeveer 25 voet van de thuisplaat. Dit is een redelijke afstand voor jonge werpers. De eerste pitcher probeert de bal over de plaat te gooien. Als dat lukt, gaat ze naar het einde van de lijn. Als ze dat niet doet, zit ze op de hot seat en kan ze worden uitgeschakeld als de volgende pitcher een strike gooit. Als de tweede werpster echter ook mist, gaat de eerste werpster naar het einde van de lijn en de tweede werpster zit op de hot seat. Ga zo door tot er nog maar één pitcher in het spel is. Die pitcher is de winnaar van het spel. Dit is een geweldige oefening om de training af te sluiten.