“Denk eraan, neem nooit afsnijdingen en haast je zo snel als je kunt”
– Een wijze raad, gegeven door een overlevende van het Donner Party incident aan haar neef die naar Californië kwam.
In de winter van 1846-1847 kwam een groep van de wagen trein pioniers op gruwelijke wijze vast te zitten in het ongebruikelijk barre weer in de Sierras. Maandenlang ingesneeuwd, zagen de wanhopige families hoe de voorraden opraakten en vervolgens opraakten.
Na meer dan 2.000 mijl barre tocht over land, dwars door prairies en uitgestrekte woestijnen en zich een weg hakend door bergpassen, waren ze nog maar 150 mijl van hun bestemming verwijderd toen het weer zich sloot en niet meer los wilde laten. Terwijl ze begonnen te bevriezen, uit te hongeren en te sterven, begonnen de overlevenden het ondenkbare te overwegen: het opeten van de overblijfselen van dierbaren om zelf te overleven.
Er werden lootjes getrokken, en daarna genegeerd, maar uiteindelijk werd de wanhopige honger meer dan ze konden verdragen en werden de ongelukkige doden opgediend om de uitgehongerde levenden te voeden.
Tegen de tijd dat hulpgroepen hen bereikten, was het voor bijna de helft van de groep al te laat. De overlevenden werden in veiligheid gebracht in Sutter’s Fort in wat nu Sacramento is. Van de 87 leden van de groep overleefden er slechts 48 het verhaal.
Terug in San Francisco begonnen de smerige berichten de kranten te vullen, waarin de overlevenden allemaal als kannibalen werden bestempeld.
“Men kan zich geen schokkender tafereel voorstellen dan dat waarvan de groep mannen getuige was die de onfortuinlijke emigranten in de Californische bergen gingen helpen. Rond hun tenten en hutten lagen de beenderen van hen die gestorven waren en verslonden door de ellendigen die het nog overleefd hadden. Lichamen van mannen, vrouwen en kinderen, met de helft van het vlees van hen afgescheurd, lagen aan alle kanten.” – The California Star, April 1847
Hoewel de lugubere beschrijving van de Star een grove overdrijving was van de tragedie van de Donner Party, heeft de gruwel van hun situatie generaties sindsdien gefascineerd, en inspireerde het tot boeken, muziek en films, kunst en gedenktekens.
Het Emigranten Museum in Truckee zit bijna op de plek waar de Donner Party hun laatste kamp opsloeg. De kleine collectie bevat boeken, kaarten en persoonlijke voorwerpen die ooit toebehoorden aan leden van de Donner Party, evenals een replica van de pop die de jonge Patty Reed in haar petticoats naar de veiligheid had gesmokkeld. Artefacten die werden gevonden tijdens opgravingen door Donald Hardesty worden tentoongesteld in een vitrine naast drukplaten van The Expedition of the Donner Party and Its Tragic Fate, geschreven door overlevende Eliza P. Donner Houghton.
Buiten het museum loopt een rondleiding langs de hut van de familie Murphy van de Donner Party, en een nabijgelegen gedenkteken, bekroond door een vooruitziende pioniersfamilie, markeert de opmerkelijke hoogte van de sneeuwval in de winter van 1846-47.