Etnocentrisme, Basisbegrippen uit de Gids voor Sociologie

Home >> Basisbegrippen >> Etnocentrisme

Ethnocentrisme

Nauw verwant met het begrip culturele relativiteit is het begrip etnocentrisme. Het woord ethno komt uit het Grieks en verwijst naar een volk, natie of culturele groepering, terwijl centric uit het Latijn komt en uiteraard verwijst naar het centrum. De term etnocentrisme verwijst dan naar de neiging van elke samenleving om haar eigen cultuurpatronen in het middelpunt van de dingen te plaatsen. Etnocentrisme is de gewoonte om andere culturele praktijken te vergelijken met die van de eigen groep en die andere culturele praktijken automatisch als minderwaardig te beschouwen. Het is de gewoonte van elke groep om de superioriteit van haar cultuur als vanzelfsprekend te beschouwen. Het maakt onze cultuur tot een maatstaf waarmee alle andere culturen worden gemeten als goed of slecht, hoog of laag, juist of oneven naarmate zij op de onze lijken.

Ethnocentrisme is een universele menselijke reactie die wordt aangetroffen in alle bekende samenlevingen, in alle groepen en in praktisch alle individuen. Iedereen leert etnocentrisme tijdens het opgroeien. De bezitsdrang van het kleine kind vertaalt zich snel in “mijn speelgoed is beter dan jouw speelgoed” Ouders; tenzij zij heel grof zijn, ontmoedigen zij hun kinderen naar buiten toe om dergelijke overtuigingen te verwoorden. Maar onder vier ogen kunnen zij hun kinderen geruststellen dat hun bezittingen inderdaad heel mooi zijn. Veel van het aanleren van etnocentrisme is indirect en onbedoeld, maar sommige lessen zijn opzettelijk. Geschiedenis wordt bijvoorbeeld vaak onderwezen om de prestaties van de eigen natie te verheerlijken, en religieuze, burgerlijke en andere groepen kleineren hun concurrenten openlijk. Onder volwassenen is etnocentrisme gewoon een feit.

Als men zich eenmaal bewust wordt van etnocentrisme, is de verleiding groot om het in morele termen te beoordelen; om het te bestempelen met bijnamen als onverdraagzaam chauvinistisch, enzovoort, en om te impliceren dat iemand die zijn of haar etnocentrische vooringenomenheid niet heeft ontdekt en gecompenseerd, niet waardig is. Dit is overigens een andere vorm van etnocentrisme. Waar het echter om gaat is dat etnocentrisme een van de kenmerken van cultuur is en dat het, net als de rest van de cultuur, moet worden beoordeeld in termen van zijn bijdrage aan de handhaving van de sociale orde en de bevordering van sociale verandering.

De functies van etnocentrisme bij de handhaving van de orde zijn duidelijker dan die welke sociale verandering bevorderen. Ten eerste moedigt etnocentrisme de solidariteit van de groep aan. Geloven dat de eigen manieren de beste zijn, moedigt een “wij”-gevoel aan met medestanders en versterkt het idee dat loyaliteit aan kameraden en het behoud van de basis voor superioriteit belangrijke waarden zijn. Positief, etnocentrisme bevordert voortzetting van de status quo negatief, het ontmoedigt verandering.

Ten tweede, etnocentrisme belemmert het begrip van de samenwerking met andere groepen. Als de wegen van de eigen groep de beste zijn, is er weinig stimulans om met inferieure groepen samen te werken. In feite is het waarschijnlijk dat er een houding van wantrouwen, minachting en vijandigheid ontstaat. Extreem etnocentrisme werkt conflicten in de hand, zoals blijkt uit de geschiedenis van oorlogen en religieuze en raciale conflicten in het verleden.

Conflicten leiden natuurlijk vaak tot sociale verandering en in die zin wordt etnocentrisme een middel om sociale verandering te bevorderen. Het doet dit echter door de vreedzame evolutie ervan aan te moedigen. Het lijdt weinig twijfel dat de meeste sociale wetenschappers voorstander zijn van vreedzame sociale veranderingen en gekant zijn tegen conflicten. Bijgevolg hebben zij de neiging, zij het op subtiele wijze, etnocentrisme te denigreren en te impliceren dat studenten zich daarvan moeten ontdoen als zij effectief willen leren. Op die manier werken sociologen impliciet vanuit een combinatie van evolutionaire en functionalistische modellen. De laatste jaren is deze houding in twijfel getrokken. De revolutionaire inspanningen van groepen die zichzelf zien als onderdrukte zwarten, armen, vrouwen en jongeren omvatten doelbewuste pogingen om etnocentrisme te bevorderen als een middel om zichzelf te versterken. Slogans zoals “black power” conflicteren met het maatschappijmodel van waaruit zij opereren.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.