De B3-vitamines bestaan uit nicotinezuur, of NA, nicotinamide, of Nam, en nicotinamide riboside, of NR. Historisch gezien werden met niacine alle vitamine B3’s bedoeld, maar dat was toen wetenschappers slechts twee vormen kenden (NA en Nam). Nieuw onderzoek naar NR heeft het onder de verzamelnaam niacine geplaatst, ook al is het chemisch anders dan niacine. In lekentaal wordt niacine gelijkgesteld aan vitamine B3, maar dat is niet juist. Naarmate NR meer een eigen reputatie krijgt, zal het onderscheid waarschijnlijk duidelijker worden.
Je herkent het woord niacine misschien van voedingsetiketten. Dat komt omdat vitamine B3 zo belangrijk is dat het wordt gebruikt om rijst en meel op internationale schaal te verrijken. Niacine heette oorspronkelijk nicotinezuur, omdat het werd ontdekt toen chemicus Hugo Weidel onderzoek deed naar nicotine, een hoofdbestanddeel van tabak en sigaretten. Het werd omgedoopt tot niacine in de jaren 1940 om onderscheid te maken tussen de gevaren van tabak en de voordelen van niacine.
Elk type vitamine B3 volgt zijn eigen route naar NAD+. De vormen staan bekend als NAD+ precursors, wat betekent dat ze vanuit hun ruwe vorm NAD+ worden. Er zijn technisch gezien andere soorten B3, waarvan sommige nog worden ontdekt of geclassificeerd, en waarvan sommige op internationaal niveau anders worden aangeduid, maar NA, Nam, en NR zijn de meest bekende.
Tryptofaan, een aminozuur waar je misschien over hebt gehoord omdat het in kalkoen zit, wordt vaak ten onrechte gezien als een vitamine B3 omdat het ook een NAD+ precursor is; echter, tryptofaan is een aminozuur. Op dezelfde manier is NMN, nicotinamide mononucleotide, een NAD+ precursor die een belangrijk tussenproduct is van NAD+. NMN krijgt aandacht van onderzoekers voor zijn rol in NAD+ productie, hoewel de vraag of het wordt erkend als een B3 nog steeds ter discussie staat.
We weten dat NR een zeer efficiënte precursor van het bos is, wat het idee van NR-suppletie heeft aangewakkerd. Studies met muizen die NR-supplementen kregen, hebben de voordelen aangetoond (tot op heden is er nog geen bewijs dat deze dierstudies kunnen worden geëxtrapoleerd naar mensen) en soortgelijke proeven bij mensen zijn aan de gang.
Dat betekent niet dat de andere vitamine B3’s niet goed voor u zijn. Hoewel NR eruit springt als een zeer efficiënte precursor voor NAD+, hebben de anderen verschillende voordelen. Allereerst leiden ze allemaal tot NAD+, maar door hun chemische verschillen kunnen ze ook verschillende dingen doen. Zie vitamine B3’s als verschillende sets sleutels van hetzelfde gebouw; ze kunnen elk de voordeur van het gebouw openen (NAD+), maar ze kunnen ook elk verschillende deuren openen naar andere kamers in het gebouw (verschillende voordelen).